Proeftijd

in een arbeidsovereenkomst. Hoe  zit dat ook al weer precies?

 

De proeftijd is een periode waarin werkgever en werknemer met elkaar en met het werk kennis kunnen maken. Tijdens de proeftijd mogen zowel werkgever als werknemer op elk moment de arbeidsovereenkomst opzeggen. Er is geen opzegtermijn, er gelden geen opzegverboden, er hoeft geen sprake te zijn van een redelijke grond voor ontslag en de werkgever hoeft niet te kijken of de werknemer binnen het bedrijf kan worden herplaatst.

 

De proeftijd moet wel schriftelijk worden overeengekomen, dat wil zeggen dat de proeftijd in de arbeidsovereenkomst of de cao staat. Wanneer er sprake is van een arbeidsovereenkomst voor ten hoogste 6 maanden, dan mag er géén proeftijd worden afgesproken.

 

In de praktijk komt het met enige regelmaat voor dat een nieuwe werknemer eerder met zijn werk begint dan er in de arbeidsovereenkomst is bepaald.

Reden hiervoor is meestal dat het erg druk is in het bedrijf en de werknemer nog vakantiedagen aan het opmaken is van zijn vorige werkgever. Dit levert echter een aantal risico’s op, bijvoorbeeld voor de proeftijd die is afgesproken. De proeftijd gaat dan namelijk ook eerder van start.

Het gevolg daarvan is dat de proeftijd ook eerder is afgelopen dan dat de arbeidsovereenkomst lijkt aan te geven en dat kan voor vervelende verrassingen zorgen.

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft namelijk in een zaak geoordeeld dat de proeftijd al was begonnen toen werknemer op verzoek van werkgever medio juni alvast was langsgekomen voor kennismaking, het bijwonen van een klantpresentatie en het volgen van een inhoudelijke training.

Het proeftijdontslag door werkgever op 30 juli was hierdoor te laat, waardoor werkgever het loon aan werknemer moest uitbetalen tot einde jaarcontract.

Het is dan ook aan te raden om wijzigingen van de begindatum van de arbeidsovereenkomst schriftelijk vast te leggen en te laten ondertekenen door zowel werkgever als werknemer, om onduidelijkheden over o.a. de proeftijd te voorkomen.